21-11-2021

Hallo allemaal,

Het is al weer een week verder. We zitten hier nog steeds op regen te wachten. Sinds het begin van de maand is er nog eenmaal een bui gevallen. Maar alles is droog en iedereen klaagt er over dat het zo warm is. ‘s Nachts slaap ik nog steeds zonder laken onder het muskietennet.

Vorige week zondag 14 november was ik dus eerst druk met de vreemdelingenpolitie ofwel de immigration dienst. Daarna heb ik mijn verslag had afgemaakt en  toen stelde Robert voor om nog te gaan wandelen. We zijn naar het voetbalveld gelopen, maar de wedstrijd was al voorbij en ik had last van mijn rug. Ik had er ook geen zin in om een uurtje naar voetbal te kijken. Ik stelde dus aan Robert  voor om te kijken of een zekere Elisabeth thuis was. Ik was van plan om haar te bezoeken, want de vorige keer, dat ik hier was heeft ze 4 weken voor me gekookt en het huishouden gedaan. Nadat ik destijds was vertrokken, is haar iets ernstigs overkomen. Haar dochter os namelijk een week na haar bevalling gestorven. Wat ik er van gehoord heb, is ze mogelijk gestorven, door een trombose met een long embolie als gevolg. Ze had een dik been gehad en had pijn op de borst. Ze is naar het ziekenhuis gegaan en daar gestorven. Daar kwam nog bij, dat ze ongehuwd zwanger was van een man uit Mwanza, de verder van niets weet en dus ook geen zorg voor het kind heeft. Elisabeth kan dus nu weer voor een klein kind zorgen. Daarom wilde ik toch belangstelling tonen. Ik heb haar gebeld en ze was thuis en ik wist nog ongeveer waar ze woonde. Ze vond het prachtig, dat we kwamen. Haar man Stephano kwam ook terug van het voetbalveld. We hebben een uurtje bij gepraat voor zover dat met ons gebrekkige Swahili gaat. Natuurlijk kon ze ook een nieuw mobieltje gebruiken. Dus een van de mobieltjes, die ik van mijn zus Betsy  (zr.Pauline) had gekregen, is naar haar gegaan. Ik was zondagavond dus moe.

De week begon met meer opgenomen patiënten dan een week er voor. Nu waren er 71 Patiënten, waarvan er 23 op de kinderafdeling lagen. Dus bijna dubbel zo veel als een week ervoor. Op de kinderafdeling, lag een jongen van 8 jaar die uit de boom was gevallen op zijn gezicht. Hij had mogelijk een bovenkaak fractuur. Al zijn tanden stonden door elkaar. Hij had ook een pols fractuur. Aangezien we hier in Ndala geen tandarts hebben, hebben we hem naar het naburige ziekenhuis gezonden, waar ze wel zo’n iemand hebben.

De Stichting Tabora heeft Ndala Hospital geholpen om dingen voor bacteriologie te kopen, Culture and sensitivity onderzoek. Dit kan bijna starten maar er ontbreken nog een paar dingen. Men is wel al begonnen, kweken uit te proberen.

Het is opvallend, dat er veel nieuwe verpleegkundigen zijn. Het zijn bijna allemaal jonge mannen. De assistent verpleegkundigen zijn meestal vrouw. Gespecialiseerde assistent verpleegkundigen zijn meestal mannen. Het is me nog niet duidelijk of dit toeval is of dat er bewust voor mannen wordt gekozen.

Om 17 00 uur gingen we nog fietsen voor dat het donker zou worden. We zijn via de binnen weggetjes naar Kampala gefietst. Daar is een secondary school. Deze middelbare school is een soort MAVO. De school wordt nu uitgebreid met Form five en Form six. Dat is VWO niveau. Naast deze uitbreiding is de missie hier tegenover het ziekenhuis bezig om een particuliere Middelbare school te bouwen. Dit zijn oude gebouwen van wat vroeger een lagere school was. Dit wordt een kostschool. Zo wordt het onderwijs hier dus behoorlijk uit gebreid. De afgelopen jaren is het teachers training college ook gerenoveerd. Daar zitten nu 500 studenten intern. Dat is een heel complex geworden. Dit complex is gerenoveerd, door United Builders uit Dar es Salaam. Een van de eigenaren van dat bedrijf is een goede bekende van ons. Hij heeft een zus in Renkum wonen.

Van dinsdag kan ik niet veel bijzonders vertellen, maar op de kinderafdeling gaat het met Asha, het zwaar ondervoede kind iets beter.

s Avonds ging ik nog op het keyboard spelen, in de kapel van de zusters.

Toen ik thuis kwam, was Father Alex op bezoek. Hij was alleen en kwam met een fles wijn wat bijpraten. Hij is erg druk, maar hij lijkt het allemaal aan te kunnen. Hij is pastoor en  hij is secretaris van de gezondheidsafdeling van het bisdom en daarnaast is hij ook nog met een PHD studie bezig.

Doordat ik op mijn telefoon bijna geen internet verbinding heb, krijg ik bijna niets te horen  van hoe het in Nederland gaat .

Woensdag avond hadden we een regenbui. Het was geen tropische stortbui, maar je ziet toch dat de planten gaan groeien.

De woensdag werd voor mij bepaald door de zorgen voor een paar ernstig zieke kinderen.

Op de eerste plaats was dat Asha, ze was woensdag zeer slecht. Ze is een jaar oud en woog maar goed 4 kilogram. Haar moeder werd opgenomen om voor tuberculose behandeld te worden. Maar er was niemand die de zorg voor het kind overnam. Asha was woensdag zeer benauwd, en weer uitgedroogd. We moesten haar aan de zuurstof leggen. Later begon ze toch rustiger te worden. Nu lijkt het beter te gaan. Ze is een halve kilo gegroeid en ze begint meer te bewegen. Ze begint te eten. Ze is ook op tuberculose behandeling. Verder had ik de zorg over een jongen van 10 jaar. Hij had pijn in de re bil en leek een abces te hebben. Maar dit werd niet bevestigd, Wel bleek de jongen een beschadigde heup door een artritis te hebben. Mogelijk wordt dit veroorzaakt door een sickelcel crisis. Maar dit moet nog bevestigd worden. Naast hem ligt een meisje. Ze was gek van de pijn en ik dacht dat ze mogelijk nekkramp had. Toen ik een lumbaalpunctie wilde doen, was de nekkramp weg. Maar ze heeft ook pijn in de armen en benen, Ze heeft mogelijk ook een sickelcel crisis. De bloedziekte Sickelcel komt in deze streek vrij veel voor. We moeten er hier elke dag aan denken.

Op het eind van de dag om 17.15 zijn Robert  en ik op bezoek gegaan bij Laurenti Kishiwa. Hij was de tuinman van George Joosten. Het was een halfuur fietsen en ik moest een paar maal de weg vragen, want hij woont echt in de bush. Maar gelukkig, herkende ik de weg nog grotendeels. We konden maar even rond kijken bij hem, want we konden ook niet zoveel praten met hen. De hele familie kan niet lezen of schrijven, zelfs de kinderen konden niet goed schrijven. Hij had een orchidee in de boom staan. Maar deze was nog maar klein. Voor we vertrokken moesten we nog even bij de buurman kijken. Die had een grote orchidee in de boom. Maar, omdat er nog niet veel regen is gevallen stonden ze nog niet in bloei, Toen moesten we ons haasten, want het begon al te schemeren en ik had geen licht op de fiets. We waren om 19.15 thuis. Toen was het al helemaal donker.

Donderdag hadden we een kindje van drie maand oud opgenomen, dat sinds drie dagen na de geboorte epilepsie aanvallen had. Helaas kregen we dat niet op tijd onder controle en overleed het kind.

s Avonds zijn we bij Sympheroos Crispin op bezoek gegaan. Ze was een van de weinige vepleegkundigen, die er in 1974 al waren. Het is altijd gezellig om met haar herinneringen op te halen. Ze is zelfs later nog assistent directrice geweest.

Vrijdag was het niet druk, maar ik had toch de zorg over een paar ernstig zieke kinderen. Er was een jongen van drie jaar, die leek een longontsteking te hebben, die niet beter werd, Ik heb een foto laten maken en dat vertoonde een verdenking op tuberculose. Een ander kind werd ook behandeld voor een longontsteking . Maar deze lijkt op de röntgen foto meer een hartafwijking te hebben. Daarom heb ik het naar Nkinga Hospital doorgestuurd, omdat ze daar een kinderarts hebben. Verder kreeg ik een kind van 3 maand en die bleek ook nekkramp te hebben. Gelukkig zag ik dat meteen en deed ik een lumbaal punctie. De diagnose werd bevestigd. Doordat het kind snel onder behandeling kwam ging het zaterdag ochtend al weer beter en was de baby in staat om al borstvoeding te nemen. Helaas hebben de ouders in het weekend besloten om naar een witchdokter te gaan.

Vrijdag zijn we bij Mariamu Mtama op bezoek gegaan. Ze kwam in 1977 in Ndala werken. Ze had een nieuw huis laten bouwen en dat was bijna klaar, Ze woonde samen met een kleindochter, waarvan de moeder was overleden. Deze kleindochter was onlangs ’s morgens naar de middelbare school gegaan en is nooit meer teruggekomen. Misschien is ze stiekem getrouwd. Ze was 17 jaar. Ze heeft nooit mee iets van zich laten horen, ook niet aan haar oudere zus. Dat was ernstig voor Mariamu. Ze waren normaal thuis. Er waren geen grote problemen.

Op zaterdagmorgen zijn Robert en ik weer gaan fietsen. Stefano Ligwa was onze gids. We gingen naar een stuwmeertje kijken. Stefano nam echter een hele andere weg dan ik gedaan zou hebben. Hij ging eerst naar het Noorden en daarna pas naar het Oosten. Hij moest ook een paar maal de weg vragen. Helaas was er bij het stuwmeertje geen water mee te zien. Het was helemaal opgedroogd. Dit jaar was er weinig regen gevallen. Ik heb dat nog nooit gezien. Ik ga elk jaar een zaterdag kijken, omdat er dan veel watervogels te zien zijn. Bij het stuwmeertje Bwawa ya Kaiwilli troffen we iemand, die ook naar Budushi ging. Hij moest naar een rouw partij . Juist voor Budushi riep er iemand” he Gerard”. Iemand herkende mij. Ik was drie of vier jaar geleden met hem op de bromfiets naar het bos gegaan om daar rond te kijken naar mogelijke orchideeën. We hadden ze echter niet gevonden.

We gingen daarna in Budushi theedrinken en een pannenkoek eten. De anderen schoven ook aan. Daarna bleek, dat Stefano een grote doorn in de band had en hij moest dus eerst de band plakken. Terug in Ndala hadden we 30 kilometer door de hitte gefietst. Ik was helemaal uitgedroogd. Ik heb wel 5 glazen water gedronken voor ik me weer een beetje goed voelde.

Zondag zijn we om 9.00 uur naar de kerk gegaan, Het was niet zo druk. Ik had met Winifrida Mathes afgesproken, dat ik om 12.00 uur mee zou gaan naar haar moeder in Chamagulia. Om precies 12.00 uur kwam Winifrida er met haar zoontje Cris aan. Chris zat achter op de fiets en hij is 6 jaar. Ik zag bij haar moeder twee kleinere kinderen. Eentje was er van haar jongere zus. Ze is een ongehuwde moeder evenals Winifrida zelf. Ze vond het tijd om moeder te worden. De moeder van Winifrida is ook ongehuwd. Ik heb er veel alleen gezeten. Winifrida en haar moeder waren aan het koken. Haar moeder maakt ook een alcoholische drank. Hierdoor waren een deel van haar bezoekers aangeschoten. Ook de oom, die telkens kwam binnen lopen. Hij was aangeschoten. Hij was leraar geweest en was HIV pos, hij probeerde Engels te spreken, maar dat lukt maar half.

Omdat het bos dicht bij was , vroeg ik of men “manjaja “ kende. Dat is een orchidee. Die hier voorkomt. Een man zei, dat hij een plaats wist waar er veel waren, maar twee kilometer verder. Het was in de bush. Na de lunch zouden we er heen kunnen lopen. Dat hebben we gedaan, maar het was toch duidelijk verder dan twee kilometer. Toen we op de plaats aankwamen, waar de orchideeën zouden groeien, zag hij niets. Hij zei, dat we in de schaduw moesten gaan zitten en dat hij verder ging zoeken. Na een tijdje kwam hij eindelijk terug, met iets in de hand. Het was niet duidelijk wat het was, Het had een pseudobulb maar leek meer op een sanseviera. Maar er zaten geen wortels meer aan.

Het was tijd om terug te gaan want ik had om 16.00 uur willen vertrekken. Daarom zijn we niet verder gaan zoeken.. We zijn snel terug naar Ndala gefietst. Chris was zo moe van het lopen, dat hij bijna in slaap viel achter op de fiets bij zijn moeder. Die liet hem hardop tellen eerst in het Swahili en daarna in het Engels. Hij kon al tellen tot 100 in het Engels.

Toen ik thuis kwam, hoorde ik van Robert, dat hij zijn vroegere medewerker Boniface Maziku op bezoek zou krijgen. Hij was onderweg en inderdaad tegen zeven uur was hij met de bus naar Ndala gekomen. Hij had vroeger samen met Robert bij Caritas Tabora gewerkt. Nu had hij een bedrijf om zoetwater te zoeken. Hij doet dit met een koperen wiggelroede. Dit gaat blijkbaar zo goed, dat hij ervan kan bestaan. Hij heeft uitgelegd dat hij de ondergrondse stromen voelt en zelfs kan meten hoe breed die stromen zijn. Hij weet ook of er zoet water is of hard water. Hij kan dit ook aan de bomen in de omgeving zien. Ik liet hem ook de plant zonder wortels zien. Hij zei, dat het een soort sanseveria is en deze groeien op plaatsen waar mogelijk robijnen in de grond zitten. Het was interessant om hem te horen. Hij bleef slapen en is vanmorgen om halfacht weer vertrokken. Hij had ook een project met elektriciteit op het oog. Daarvoor zocht hij de hulp van Robert. Maar Robert zag daar niets in.

De nieuwe week is weer begonnen. Ik sluit nu dit verslag weer af en ga er de foto’s bij zoeken.

Veel groeten uit Ndala.

Gerard

Groeten uit Ndala 2021 no 3

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *